De Raad van State heeft in de uitspraak van 5 november 2025 de bezwaren tegen aanwijzing tot gemeentelijke monumenten van de kantoorvilla’s Weteringschans 26-28 afgewezen. De eigenaar was in hoger beroep gegaan vanwege zijn vrees dat de beschermde status hem zou belemmeren om bij wisseling van huurders de gebouwen snel te kunnen aanpassen.
De kantoorvilla's hebben de bijnaam Peper en Zout. Beide tussen 1976 en 1980 gebouwde kantoorvilla’s zijn ontworpen door architect Frans van Gool. Vanwege de stedenbouwkundige en architectonische waarden, en in het kader van meer aandacht voor Post ’65-architectuur in een tijd waarin de economische levensduur van commerciële gebouwen vaak kort is, heeft Heemschut Amsterdam op 19 april 2021 de monumentstatus aangevraagd.
Nut en noodzaak van monumentenstatus
Eigenaren zien niet altijd het nut en de noodzaak van de monumentstatus en vrezen soms in de exploitatie, het beheer en onderhoud, gehinderd te zullen worden. In dit geval betoogde de eigenaar onder meer dat het beoogde doel ook bereikt had kunnen worden met waardering van de gebouwen tot zogenaamde orde 2-panden. Amsterdam kent een ordewaardering van de bebouwing, die vooral bedoeld is als handvat voor de Commissie Omgevingskwaliteit. Orde 1 zijn monumenten, orde 2 zijn panden waarvan de buitenzijde, althans voor zover zichtbaar vanaf de openbare weg, niet gewijzigd mag worden, orde 3 en basisorde mogen wel gewijzigd en gesloopt worden.
De waarde van de rechtszaak is dat de gemeente bij de rechtbank heeft duidelijk gemaakt waarom een orde 2-status als bescherming onvoldoende is voor complexen als deze. Orde 2 beschermt alleen de straatgevel en laat het interieur zoals hier de kernen met trappenhuizen, de vrij-indeelbare plattegronden en de constructie onbeschermd. En daar komt nog bij dat ook eventuele gevelreiniging van monumentale panden niet en bij orde 2 wel vergunningsvrij is. Deze afbakening tussen orde 1 en orde 2, en bescherming van monumentale waarden versus een handvat voor welstandsbeleid, is door de Raad van State in hoger beroep als terecht beoordeeld en daarmee zijn de panden nu definitief gemeentelijke monumenten.